In de preklinische fase vinden er dierproeven plaats om het geneesmiddel te testen. Veelal vinden de proeven plaats op muizen en ratten.

In de klinische fase vinden er proeven plaats op mensen. Als eerste vinden er proeven plaats met gezonde mensen om de veiligheid te testen. Daarna is er een klein onderzoek om na te gaan of de geneesmiddelen werken zoals gedacht. Als dat zo is, dan wordt het geneesmiddel getest op 1000 tot 5000 mensen. Pakt dit onderzoek goed uit, dan wordt het geneesmiddel in productie genomen.